Twee nieuwe publicaties van het Maastro Lab - Laboratory Research
In de afgelopen week werden een tweetal belangrijke artikelen gepubliceerd, geschreven door Kim Kampen en haar collega's van het Maastro Lab. Meer kennis over de werking van bepaalde kankercellen en meer kennis over patiënt typen moet uiteindelijk leiden tot nog betere behandelresultaten bij onze patiënten.
Samen met Anais Sanchez-Castillo publiceerde Kim in Discover Oncology van Link Springer Nature: “Understanding serine and glycine metabolism in cancer: a path towards precision medicine to improve patient’s outcomes”
In het artikel bespreken zij wat we weten over hoe het serine/glycine-stofwisselingsproces werkt bij kanker. Dit proces speelt een rol bij therapie-resistentie en kan misschien gebruikt worden om kankerbehandelingen beter aan te passen aan de patiënt. Daarbij richten zij zich op kankers met een hoog sterftecijfer, zoals longkanker en glioblastoom (een agressieve hersentumor).
Om de behandeling te verbeteren, is het belangrijk om patiënten te verdelen in groepen. Zo is te bepalen welke patiënten voordeel hebben bij extra (adjuvante) medicijnen die gericht zijn op het serine/glycine-proces. Ze onderzochten gegevens van kankerpatiënten in een grote openbare database (TCGA) om te kijken of er verbanden zijn tussen het serine/glycine-proces en belangrijke kenmerken van kanker bij longkanker en glioblastoom.
Patiënten waarbij dit proces erg actief is, zouden in de toekomst kunnen profiteren van extra behandelingen met bijvoorbeeld sertraline.
Een follow-up studie van Kim en Anaïs c.s. werd gepubliceerd in Oncogenesis van Nature: “Sertraline/chloroquine combination therapy to target hypoxic and immunosuppressive serine/glycine synthesis-dependent glioblastoma”.
Bij ongeveer 30% van de kankersoorten werkt de serine/glycine (ser/gly) stofwisselingsroute te hard. Dit proces begint bij glycolyse en speelt ook een rol bij glioblastoom. In 13% van de glioblastoomgevallen vonden Kim Kampen en haar onderzoeksgroep een genetische verandering in PSPH, een enzym dat serine aanmaakt. Dit enzym helpt kankercellen sneller te groeien en zich te verspreiden.
Zij hebben ontdekt dat glioblastoomcellen die veel PSPH maken, beter groeien en zich sneller delen. Ze onderzochten ook medicijnen om dit proces te stoppen. Het medicijn sertraline (oorspronkelijk een antidepressivum) kan de ser/gly-route remmen. Samen met chloroquine, een ander medicijn o.a. tegen malaria, kan het de groei van deze kankercellen sterk vertragen. Deze combinatie zorgt ervoor dat de cellen minder energie (ATP) en bouwstenen (nucleotiden) kunnen maken, waardoor de tumorgroei stopt.
Verder blijkt dat PSPH ook invloed heeft op het afweersysteem. Glioblastoomcellen met veel PSPH onderdrukken het immuunsysteem en reageren minder goed op immuuntherapie. De behandeling met sertraline/chloroquine kan dit deels tegengaan en biedt hoop op betere behandelmogelijkheden voor patiënten met deze vorm van glioblastoom.
Twee mooie en belangrijke publicaties die het harde werk van de afgelopen tijd bekronen.
Wilt u op de hoogte blijven van belangrijke onderzoeken en publicaties van Maastro volg ons dan op LinkedIn.
Cancer hallmarks that are regulated and linked to cancer cell metabolic reprogramming